Het keurmerk van een goeie schrijver is dat hij van álles literatuur kan maken. Ja, waanzinnige koningen en stomende liefdesaffaires en oorlogsavonturen zijn interessant. Zo interessant dat je de fascinatie van de lezer bijna cadeau krijgt. Maar het doodgewone verheffen tot meeslepend drama, tot een schouwtoneel van menselijke komedie, dat kunnen alleen de besten. En die besten zijn niet per se de in alle lijstjes geroemde namen.
Neem de Britse schrijver R.C. (Robert Cedric) Sherriff (1896-1975). Die was decennialang vooral bekend vanwege Journey's end, een toneelstuk over de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog. Het is claustrofobisch, pakkend, en zette de toon voor zowat alle loopgraafscènes in latere Hollywoodfilms. Maar Sheriffs romans over de alledaagse levens van alledaagse mensen verdwenen tussen de plooien van de geschiedenis. Zelfs Twee weken weg (1931), dat bij verschijnen een bestseller werd, belandde in de vergeetput. Gezin uit Londense voorstad gaat op vakantie naar zee en komt weer thuis, hoe schrijf je daar een in het oog springende blurb op het achterplat voor? Desondanks werd de Nederlandse versie vorige zomer een hit.
Een tweede leven (1936), Sherriffs volgende roman in vertaling, heeft hetzelfde probleem. Hoe verkoop je het doodgewone, voor marketingteams volstrekt oninteressante bestaan van een koppel senioren in suburbia? Niet, blijkbaar. Een domestic novel, alleen geschikt voor vooroorlogse huisvrouwen uit de middenklasse. Tot een uitgever of redacteur het boek begint te lezen, en meegesleept wordt, en vindt dat de eenentwintigste-eeuwer dit juweeltje moet (her)ontdekken.
Verzekering
Met veel liefde vertelt Sherriff in Een tweede leven over een kantoorklerk die op zijn achtenvijftigste met pensioen gestuurd wordt. Tom Baldwin verlaat de verzekeringsfirma waar hij eenenveertig jaar wroette, met een goedkope klok als afscheidsgeschenk en installeert zich thuis in de fauteuil bij zijn vrouw Edith. Een tweede leven - en wat nu? 'Vrijheid - vrije tijd: dat waren inspirerende woorden, en hij was net een oude kanarie die ondanks het open deurtje van zijn kooi, weggedoken op het andere uiteinde van zijn stokje zat.'
Ook voor de timide Edith is de pensionering van haar man een schok. Hij lummelt rond in huis en tuin, pakt het geïllustreerde weekblad dat zij net wou lezen, zit in de favoriete leunstoel waarin zij een middagslaapje wilde doen. Hij verliest het contact met oude vrienden en zeurt over haar aankopen nu de financiën wat strakker zitten. Ze hebben niets om over te praten. Moet er niet méér overblijven van het leven dan 'leunstoelen, pantoffels en herinneringen'?
Edith besluit haar sombere man bij de hand te nemen, en stelt een wandeling op het platteland voor. Een wandeling die ze in gelukkiger tijden maakten. Maar als ze op de top van de heuvel staan en uitkijken over het eens zo groene dal, zien ze tot hun ontzetting een nieuwbouwwijk verrijzen. Rioolpijpen, bakstenen, en nieuwe wegen, 'een nachtmerrie van perverse vooruitgang'.
Mededogen
Wie niet vooruitgaat, glijdt naar het zwarte gat. Een aardige jonge makelaar toont hen een kijkwoning, 'zo harmonieus en zo crèmekleurig dat meneer Baldwin het onwillekeurig jammer vond dat steenkool niet verkrijgbaar was in crèmekleurige kooltjes'. En dan gebeurt het ondenkbare: waarom zou dit koppel niet het uitgeleefde bestaan in een saaie Londense buurt vaarwel zeggen en opnieuw beginnen? Hier is hij dan, de weg die leidt naar 'zonovergoten einders, naar trillende velden vol nieuw opwindend leven'.
Of het hen lukt, dan wel of de Baldwins te angstig, te voorzichtig geworden zijn om zich nog thuis te voelen met een modern slaapkamerameublement en beige kamerbreed tapijt - dat is een kwestie die de lezer in de ban houdt van de eerste tot de laatste pagina. Je moet het maar kunnen, een pageturner schrijven over bijna niets, over mensen die je in andere omstandigheden straal voorbij zou lopen. Maar Sherriff brengt ze tot leven, met een precies en geraffineerd touché, met zachtaardige humor, met mededogen voor hun kleine kantjes.
En terwijl hij dat allemaal klaarspeelt rollen er pareltjes van zinnen uit zijn pen. 'De nieuwe klok tikte met de haastige lichtheid van een mussenhartje' of 'in nevelen gehulde middagen die wegglipten in de duisternis met mistseinen als klein geschut'. Doe uzelf een plezier en ga bij de kachel zitten met dit warme, weemoedige, veel te lang vergeten kleinood. Er komen geen stomende liefdesnachten, geen waanzinnige koningen, geen bommen of granaten aan te pas - en toch zal u ze geen moment missen.
Vertaald door Inge Kok, Atlas Contact, 332 blz., 24,99 € (e-boek 13,99 €). Oorspr. titel: 'The Greengates'.
Verberg tekst